Danstradities bleven lang onderbelicht in het onderzoek naar volkscultuur. Hubert Boone brengt daarin verandering.
Onderzoeker en muzikant Hubert Boone werkt al geruime tijd rond de dans- en muziekpraktijk zoals die vanaf de 19de eeuw tot midden 20ste eeuw plaatsvond in de openbare en de besloten ruimte. Een nieuw resultaat van dit onderzoek is de publicatie van een cd en boek rond enkele traditionele danstypes in Brabant.
Met Brabantse danstradities vol. I levert Hubert Boone een eerste deel van een veelbelovende reeks af. In Traditionele Vlaamse volksliederen en dansen (Leuven, 2003) beschreef hij dat hij in 1964 samen met Renaat Van Craenenbroeck (1937-2001) het plan opvatte om: “de verzamelde wetenschap en documentatie in verband met de Vlaamse lied-, muziek- en danscultuur selectief maar grondig te bestuderen en uit te geven” (p. 7). In het boek werden de eerste dansen geïntroduceerd en van melodieën voorzien. Een volgende stap werd gezet met Dansmelodieën uit de Vlaamse volksmuziektraditie (Leuven, 2010). Dit standaardwerk bevat een uitgebreid corpus aan dansmelodieën, voorafgegaan door een historische omkadering van de verschillende danstypes. Het nieuwe boek, Brabantse danstradities, is, zoals de titel al aangeeft, een eerste volume in een reeks; de volgende delen zullen andere danstypes bespreken.
Brabantse Danstradities, in samenwerking met het Vlaams Dansarchief en het Instituut voor Vlaamse Volkskunst, is een belangrijke nieuwe stap in het onderzoek van Hubert Boone. Eerder opgetekende dansmelodieën worden in dit boek verder verklaard en voorzien van dansaanwijzingen, al dan niet gekaderd binnen een lokale praktijk. De melodieën zijn weergegeven zoals ze werden uitgevoerd bij de opnames. Niet minder dan vier ensembles brengen via de cd de verschillende melodieën tot klank en tot een dansbaar geheel. Zoals Hubert Boone (Brabants Centrum voor Muziektradities, Kampenhout) en Gert Laekeman (Instituut voor Vlaamse Volkskunst – Vlaams Dansarchief, Stekene) in het voorwoord van het boek stellen: het borgen van immaterieel erfgoed betekent ook dat de praktijk goed gedocumenteerd wordt. Via het boek en de bijhorende cd is dat uitvoerig gebeurd.
Toch vormen deze publicaties (via uitgeverij Euprint en platenlabel ETNA) geen eindpunt. Hubert Boone trekt ook naar het lokaal lager onderwijs om de dansen (opnieuw) te introduceren. Ook dat is een belangrijk aspect van het borgen van een praktijk: het papier beschrijft het fenomeen maar ook lichamen kunnen zich dansen en melodieën herinneren. Via deze werking worden toekomstige generaties warm gemaakt voor aspecten van een lokaal verleden.
Met de publicatie van de dansmelodieën wordt geijverd voor de verdere verspreiding van deze traditionele danstypes en –muziek. Hiermee wordt een nieuwe belangrijke impuls aan het lokale muzikaal erfgoed gegeven. In Vlaams-Brabant maar ook in andere regio’s in Vlaanderen zijn er lokale groepen, muziekensembles en dansverenigingen die hiermee aan de slag kunnen.
BOONE, H., Brabantse danstradities vol. I, Heverlee, Euprint Editions, 109p. – ISBN: 978-90-74253-28-4
Cd: Limbrant, A râse dè Têre, Crooniek, de Fijnbesnaarden, Brabantse danstradities (ETNA 7208, cat.nr. 5411499 72082, www.pmp.be)