Eeuwenlang was men op live-uitvoeringen aangewezen als men muziek wilde beluisteren. Tot de geluidsdrager eraan kwam.
Pas op het einde van de negentiende eeuw werden de eerste apparaten ontwikkeld waarmee muziek opgenomen en opnieuw afgespeeld kon worden. Tot dan was elke live-uitvoering een unieke ervaring.
Geluidsdragers als muzikaal erfgoed
Het belang van geluidsdragers is groot, ook als muzikaal erfgoed:
- voor muziek die nooit genoteerd werd (bvb. etnische muziek, improvisaties) is het de belangrijkste historische bron;
- muziekopnames zijn een bron voor onderzoek naar uitvoeringspraktijken;
- muziekopnames geven een beeld van de verspreiding en de receptie van muziek
De erfgoedwaarde van een geluidsdrager hangt niet uitsluitend af van de muziek die erop te beluisteren is, ook de zeldzaamheid is van belang.
- Unica: geluidsdragers waarvan er maar één exemplaar bestaat, bijvoorbeeld opnames van live-uitvoeringen, van studio-opnames voor radio- of tv-programma’s, veldopnames.
- Mastertapes van een opnamestudio bevatten de originele muziekopnames en zijn de bron waarvan de commerciële geluidsdragers in oplage gemaakt worden. Ze hebben vaak een hogere geluidskwaliteit dan de afgeleide producten.
- Geluidsdragers die in oplage uitgebracht werden, kunnen - afhankelijk van de oplage of de ouderdom - zeldzaam of zelfs uniek worden.
De erfgoedwaarde van geluidsopnames kan ook afhangen van de collectie waarin ze zich bevinden. Die waarde kan liggen in de onderlinge samenhang van de collectie of de samenhang met ander erfgoed uit de collectie. Ook de toegankelijkheid en ontsluiting van collecties draagt bij tot de (publieke) waarde.
Soorten
De soorten dragers worden in drie types verdeeld:
- Mechanische dragers.
De bekendste mechanische dragers zijn de cilinders en grammofoonplaten. De geluidstrillingen worden met een stift overgebracht op groeven in een cilinder of een schijf. Wanneer een naald opnieuw door die groef gehaald wordt, wordt het oorspronkelijke geluid gereproduceerd. - Optische dragers.
De manier om door middel van lichtsignalen geluid op te wekken werd eerst toegepast bij film. Naast de beelden op de filmrol is een strook voorzien waarop het geluid optisch gecodeerd is in smalle strepen die meer of minder licht doorlaten. Door middel van een foto-elektrische cel kon het opgevangen licht omgezet worden in geluid.
Een recentere optische drager is de cd en dvd. Daarbij leest een laserstraal het oppervlak van de cd-schijf en vertaalt de kleine putjes op dat oppervlak naar een geluids- (en beeld)signaal. - Elektromagnetische dragers.
Hierbij worden geluidstrillingen in een elektrisch signaal omgezet. Dit signaal wekt een magnetisch veld op dat op een hiertoe uitgeruste drager kan vastgelegd worden. Wanneer deze drager langs een leeskop loopt, wordt het oorspronkelijk elektromagnetisch signaal gereproduceerd en zo kan men het opgenomen geluid weergeven. Elektromagnetische dragers zijn: draadspoelen, banden, muziekcassettes, videobanden, videocassettes, DAT (Digitale Audio Tape), magnetische schijven (minidisc).
Geluidsdragers stellen het muzikaal erfgoedveld voor grote uitdagingen. Door de snelle technologische ontwikkelingen op het gebied van beeld en geluid, raken zowel de dragers als hun afspeelapparatuur snel in onbruik. Voor bepaalde apparaten is het nu al zeer moeilijk om vervangonderdelen te vinden die defecten kunnen herstellen, waardoor de dragers niet meer afgespeeld kunnen worden en talloze zeldzame opnames verloren dreigen te gaan. Maar ook door de fragiliteit van hun dragers zijn beeld- en geluidsopnames gevoelig aan verval.
Meer info: zie bij 'Aan de slag'